Romeinen 8:1- (2-5-2021) Geen verdoemenis in Christus
2 weken geleden zijn we geëindigd met Romeinen 7, waarin we toen gezien hebben dat de worsteling om heilig te leven echt is en dat God ons daarin tegemoet wil komen. We hebben Romeinen 7 afgemaakt, het hoofdstuk waarin Paulus ons de realiteit van heiliging laat zien.
- In Romeinen 8 gaan we de Goddelijke realiteit zien van heiliging, we gaan Gods kant van het verhaal bekijken. We gaan zien wat Hij gedaan heeft, wat voor effect dat heeft, hoe Hij naar ons kijkt en wat dat voor ons als christenen betekent.
Vanochtend pakken we de studie op in Romeinen 8:1, waar Paulus ons de beste plek laat zien om te zijn: in Christus. Daarom zegt Paulus, er is geen verdoemenis in Christus.
v1 In Christus geen verdoemenis meer
De Romeinse christenen worden al 7 hoofdstukken door Paulus onderwezen over wat het is om christen te zijn. Paulus is begonnen met de noodzaak voor redding (Romeinen 1-3:19), daarna geloof in Jezus als weg naar redding (Romeinen 3:20-5) en nu heiliging als gevolg van tot geloof komen (Romeinen 6-8).
- In dit alles wil Paulus dat we doorhebben Wie God is, wat Zijn werk is; maar ook wie wij zijn, wat God in ons aan het doen is en hoe hard we Hem nodig hebben. Een juist zelfbeeld begint bij een juist Godsbeeld; Paulus wil dat we redding, Gods liefde, onszelf, etc. juist gaan zien.
Door het stuk dat hij in Romeinen 7 uitgelegd heeft, kan het voelen alsof er weinig reden is tot blijheid. We hebben gezien dat er worsteling is, strijd om heilig te leven; we hebben gezien dat Paulus wel het goede wil, maar dat niet doet door de worsteling met zijn vlees (Romeinen 7:19).
- Dit kan hopeloos voelen, je kan je afvragen waarom je de strijd aan zou moeten gaan, aangezien Paulus zelf aangeeft dat het niet ophoudt. Waarom zou je vechten tegen iets dat toch weer verkeerd gaat? Is het dan niet makkelijker om gewoon op te geven?
In Romeinen 7:23-25 heeft Paulus uitgelegd dat de wet in zijn lichaam laat zien dat er strijd is, strijd om het goede te doen, strijd om God te gehoorzamen. Hij wil Gods wet dienen, maar hij ziet dat hij ook de wet van de zonde dient door zijn worsteling met zijn vlees.
- “Dus” (v1), is er geen verdoemenis in Christus. De wet heeft aan de ene kant alle reden om ons te veroordelen, maar, er is “nu geen verdoemenis voor hen die in Christus Jezus zijn,”
- De realiteit die Paulus wil laten zien is: ja, er is een worsteling tussen vlees en geest. Ja er is (geestelijke) strijd om het juiste te doen; maar er is geen verdoemenis in Christus voor de christen.
- De strijd doet je niet je redding verliezen, de strijd zorgt er niet voor dat God niet meer van je houdt. Je voelt je misschien afgewezen, verslagen, niet geliefd, niet goed genoeg, etc.; geen verdoemenis in Christus, dat is een feit.
Het is belangrijk om te weten wat dit woord ‘verdoemenis’ betekent, want Paulus maakt dit punt niet voor niets. Het is blijkbaar belangrijk dat dit er niet meer is, anders had hij het niet op deze manier gezegd. Het Griekse woord is katakrima, een woord dat 3x voorkomt in de Bijbel.
- In Romeinen 5:16, 18 en Romeinen 8:1 gebruikt Paulus dit woord. In alle 3 de gevallen wordt het in het NL vertaald als verdoemenis. Het gebruik van dit woord in de genoemde verzen zal helpen om te zien wat het woord betekent.
Romeinen 5:16 “En het is met de gave niet zoals het was door de ene die zondigde. Want de veroordeling leidde ten gevolge van één overtreding wel tot verdoemenis, maar de genadegave bij vele overtredingen tot rechtvaardiging.
18. Zoals dus door één overtreding de veroordeling gekomen is over alle mensen tot verdoemenis, zo komt ook door één rechtvaardigheid de genade over alle mensen tot rechtvaardiging van het leven.”
In beide verzen wordt verdoemenis aangegeven als iets dat komt na overtreding van Gods wet; het is een gevolg van zonde. Ook wordt in beide verzen Gods genade aangegeven als het tegenovergestelde van verdoemenis.
- Overtreding leidt tot verdoemenis, Gods genade staat daar lijnrecht tegenover en leidt tot rechtvaardiging en leven.
Waarom is dit zo’n belangrijk punt om te maken? Verdoemenis is wat de Bijbel gebruikt om de eeuwigheid te omschrijven voor hen die niet in Jezus Christus als Zoon van God geloven.
- VanDale omschrijft verdoemenis als volgt: ‘helse straf: dreigen met hel en verdoemenis’. Dat betekent dat zelfs in de niet-gelovige wereld verdoemenis geldt als iets heftigs. In de Bijbel is dat de situatie dat je niet gelooft in Jezus en dat je Jezus’ offer niet aangenomen hebt.
- Dat betekent dat je met je eigen rechtvaardigheid voor God komt te staan, wat betekent dat je je eigen, eeuwige, straf moet dragen. In de hel zal je voor eeuwige de straf ontvangen die je daden verdienen. Dat is verdoemenis.
Mattheüs 25:46 “En dezen zullen gaan in de eeuwige straf, maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven.”
Het is een heel hoopvol punt dat Paulus hier maakt, een geweldig punt om God dankbaar voor te zijn. Er is geen verdoemenis, geen eeuwigheid in de hel, voor hen die in Christus Jezus zijn. Hoe is dat mogelijk? Doordat Jezus voor onze zonden gestorven en opgestaan is, en dit is voor jou als jij gelooft.
1 Petrus 3:15 “maar heilig God, de Heere, in uw hart; en wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en ontzag.”
- Geloof in Jezus Christus levert dit op. Geloof in Jezus brengt deze fantastische zegen met zich mee. Dit is echt iets dat we ons goed moeten realiseren als christenen; dit is onderdeel van deze zegen die we van God ontvangen, op het moment dat we in Hem geloven.
Matthew Henry: “Hij zegt niet “Er is geen aanklacht tegen hen”, want die is er; maar de aanklacht wordt verworpen en de akte van beschuldiging vernietigd. Hij zegt niet “Er is niets in hen dat verdoemenis verdient”, want dat is er, en zij zien het en nemen hun verantwoordelijkheid, rouwen er over en verklaren zichzelf schuldig; maar het zal hen niet kapot maken. (…) maar er is geen verdoemenis.”
Er is geen verdoemenis voor de christen, er is geen oordeel tot de eeuwige dood meer voor hen die in Christus Jezus zijn. Er is iets veranderd sinds Romeinen 3:19, waardoor we niet meer doemwaardig zijn voor God. Wat er veranderd is, is dat we “in Christus Jezus” zijn. Dat is wat de verdoemenis weghaalt.
- In Christus Jezus zijn, dat is wat nodig is om “geen verdoemenis” te kunnen leven. Heel simpel komt dit neer op in Jezus geloven, onderdeel zijn van Zijn lichaam, de kerk. Door simpelweg te geloven in Hem, worden we onderdeel van Zijn lichaam de kerk.
1 Korinthe 12:27 “Samen bent u namelijk het lichaam van Christus, en ieder afzonderlijk Zijn leden.”
- Zoals eerder aangegeven in de brief, is geloof de weg naar redding. Door te geloven in Jezus als Zoon van God maakt Jezus ons deel van Zichzelf, waardoor geen verdoemenis in Christus meer is.
Jezus heeft die straf al voor ons gedragen, Zijn lichaam is al voor ons gebroken (1 Korinthe 11:24). Zijn nieuwe lichaam, Zijn verheerlijkte lichaam, waar wij geestelijk gezien onderdeel van uitmaken, zal geen straf, zonde en/of verdoemenis ondergaan. Jezus’ aardse lichaam heeft dat al gedaan.
- Als wij “in Christus Jezus” zijn, geloven we Hem, vertrouwen we Hem, willen we meer leren leven naar Zijn wil. We gaan door het proces van heiliging heen, waarbij we met vallen en opstaan leren om te leven naar Zijn wil.
In Christus zijn, betekent o.a.
- Hem vertrouwen en volgen
Het lichaam vertrouwt het hoofd, het lichaam volgt waar het hoofd gaat. Christus is het hoofd van het lichaam, het hoofd van de kerk (Kolossenzen 1:18). Zijn kerk, Zijn lichaam, hoort het hoofd te vertrouwen, mag en kan het hoofd vertrouwen.
- Als gelovige mag en kan je Jezus volledig vertrouwen. Hij heeft alles gedaan wat Hij zei dat Hij zou doen, Hij zal dat ook altijd blijven doen. Alles dat Jezus doet, matcht met Gods Woord (Mattheüs 5:17); alles dat Hij doet is goed, liefdevol en genadig.
Onderdeel zijn van Zijn lichaam betekent dat je elke dag meer mag leren om Hem te vertrouwen en Hem te volgen. Een lichaam dat iets anders doet dan het hoofd, is een probleem. Ons hoofd, onze Leider, weet alles; laat Hem jou leiden.
- Naar Hem luisteren
Dit lijkt misschien hetzelfde te zijn als het vorige punt, maar het is net anders. Je kan namelijk iemand volgen, zonder naar die persoon te luisteren. Jezus heeft zulke mooie, geweldige dingen tegen ons te zeggen in Zijn Woord, Hij praat continu tegen Zijn kerk, Zijn lichaam, tegen jou.
- Door Zijn Woord te lezen worden wij gevormd en hervormd naar Zijn evenbeeld (Romeinen 12:2). Door Zijn Woord te lezen zullen we leren naar Hem te luisteren.
In Lukas 10:38-42 lezen we over Maria en Martha, 2 zussen die goede vrienden waren van Jezus. Jezus kwam bij hen op bezoek en Martha was bezig om het huis klaar te krijgen voor het bezoek. Ook toen Jezus er was, ging zij druk door met dienen. Maria ging aan Jezus’ voeten zitten en luisterde.
- Cultureel gezien had Martha gelijk en deed Maria iets fout; vrouwen zaten niet aan de voeten van een rabbijn, vrouwen deden het huishouden en zorgden voor het eten. En toch zegt Jezus het volgende over Maria.
Lukas 10:42 “Slechts één ding is nodig. Maria heeft het goede deel uitgekozen, dat niet van haar zal worden afgenomen.”
Maria zat aan Jezus’ voeten, en dat was wat nodig was. De woorden die ze hoorde, zouden niet van haar worden afgenomen. Wij mogen net als Maria aan Jezus’ voeten zitten en luisteren naar Zijn stem. Zijn stem is te horen in en door het Woord, in en door gesprekken met broeders en zusters, etc.
- Jezus’ stem verstaan kan door veel dingen heen. Maar in al deze dingen leer je luisteren naar Zijn stem, Zijn stem die woorden spreekt die altijd matchen met de Bijbel. Dat zijn woorden waar wij naar horen te leren luisteren.
- Van Hem genieten
Het is fantastisch om christen te zijn. Soms vergeten we dat wel eens; maar het is echt het allerbeste dat er op deze aarde is. Je bent geliefd door God, je krijgt een nieuwe familie, je zonden zijn vergeven, je hebt eeuwig leven; God heeft een doel met je leven, etc.
- Al deze zegeningen en meer zijn van hen die “in Christus Jezus” zijn. Zeker in deze tijd, waarin er zoveel bizarre dingen op ons af komen, kunnen we vergeten hoe geweldig het eigenlijk is dat we gered zijn. We kunnen uit het oog verliezen hoe goed we het hebben.
Als Satan iets wil, is het dat we zeurende, negatieve, glas-half-leeg christenen zijn. Dat is namelijk niet goed voor ons, maar ook een slecht getuigenis naar de mensen om ons heen.
Filippenzen 4:4 “Verblijd u altijd in de Heere; ik zeg het opnieuw: Verblijd u.”
Jesaja 61:10 “Ik ben zeer vrolijk in de HEERE, mijn ziel verheugt zich in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen van het heil, de mantel van gerechtigheid heeft Hij mij omgedaan, zoals een bruidegom zich bekleedt met priesterlijk hoofdsieraad, en een bruid zich tooit met haar sieraden.”
- Dit is hoe we als christenen mogen zijn, genietend van Hem. We mogen genieten van Wie God is, van wat Hij geeft, wat Hij gedaan heeft, nog beloofd heeft, wat Hij nog gaat doen. We zijn gezegend, we zijn geliefd; er is zoveel om van te genieten en ons over te verheugen.
Dit is o.a. wat het betekent om “in Christus Jezus” te zijn. Dit is hoe God wil dat we leven als Zijn kinderen; God wil dat we Hem eren, Hem volgen, allemaal o.b.v. Jezus voor ons gedaan heeft.
Het 2e gedeelte van dit vers is problematisch; wat ik daarmee bedoel is dat in de oudste manuscripten, de oudste boekrollen van deze brief, dit gedeelte van het vers niet staat. Men vermoedt dat dit is toegevoegd door iemand die Paulus, en daarmee God, wilde ‘helpen’.
- Er is ook theologisch gezien goede reden om dit stuk niet op deze plek te hebben.
Guzik: “Hoewel het waar is dat zij die in Christus zijn niet zouden moeten wandelen naar het vlees, en dat ook niet doen, maar naar de Geest, is dit niet voorwaardelijk voor hun status van niet verdoemd zijn. Onze positie in Christus is de reden voor het statement van geen verdoemenis.”
Dit doet verder niks met de betrouwbaarheid van het Woord van God, we hebben namelijk de oudste manuscripten en weten daardoor wat Paulus wel en niet geschreven heeft.
Wat betekent het nou praktisch dat er geen verdoemenis meer is?
- Je bent vergeven als je in Jezus gelooft
Dit is eeuwige waarheid om op te staan. Paulus heeft net (Romeinen 7) uitgelegd dat hij ook nog worstelt, maar ondanks die worsteling is er nu geen verdoemenis meer. Ondanks de dingen die Paulus nog fout deed, als zondig mens, is er nu geen verdoemenis meer “in Christus Jezus”.
- God bemoedigt en laat Zijn liefde zien door dit statement; je bent vergeven als je in Jezus gelooft. Je zonde is weggewassen door het kostbaar bloed van Jezus (1 Petrus 1:19); je bent vergeven en ontvangt daardoor de zegeningen die daarbij horen.
In Christus verdoemt God ons niet meer; dat is ook hoe wij met elkaar moeten omgaan. Wij horen ieder mens op deze manier te behandelen, vooral onze broeders en zusters. Gods liefde hoort de standaard te zijn voor hoe we elkaar behandelen, hoe we elkaar zien.
- Dit is eeuwige waarheid; God verandert niet; deze belofte dus ook niet
Al deze dingen staan vast, want God verandert niet. En dat is maar goed ook, want als Hij wel zou veranderen zouden wij niet meer zeker zijn van dingen.
Hebreeën 13:8 “Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid.”
Doordat God altijd Dezelfde is, altijd vanuit hetzelfde karakter zal handelen, nooit ondoordacht, o.i.d., kunnen we ook vast staan op Zijn woorden. Er is geen verdoemenis in Christus, dat is Gods definitieve statement naar de hele wereld, naar jou en naar mij.
- De vijand wil ons hier graag aan doen twijfelen, hij wil graag dat we denken dat dit niet (voor ons) klopt. Als God iets zegt, is het waar; er staan geen voorwaarden bij, de context laat ons zien dat alleen geloof in Jezus Christus de voorwaarde is.
- De wereld wil ons doen denken dat dit niet nodig is, of dat het niet zo belangrijk is. Voor Paulus was dit een van de belangrijkste waarheden die er was; omdat dit hem liet zien Wie God is en hoe God met hem om gaat. Geloof God boven de wereld.
- Ons vlees wil dit ook niet, want bij deze vrijheid van verdoemenis hoort ook dat we ons leven volledig voor Hem inzetten. En ons vlees vindt dat niet leuk. Of ons vlees wordt trots op het feit dat ‘wij dit hebben’.
We horen een juiste, Bijbelse blik op onze redding te hebben. Die blik is gebaseerd op nederige dankbaarheid, want Jezus heeft het werk gedaan. Wij hebben alleen geloofd in Hem, geloofd in Zijn werk, gereageerd op Zijn roepstem.
- Er is geen verdoemenis in Christus, dat is de waarheid om op te staan; Jezus is de belichaming van die waarheid. Zijn lichaam werd gebroken voor jou en mij (Jesaja 53), Zijn bloed werd vergoten (1 Petrus 1), Hij stierf jouw en mijn dood (2 Korinthe 5:21). Allemaal Zijn werk.
Hoe dankbaar ben jij voor het feit dat Jezus dit voor jou gedaan heeft? Hoe dankbaar ben jij dat Jezus de weg van het kruis ging voor jouw en mijn zonde? Jezus ging de weg van onbeschrijfelijk lijden, zodat jij en ik nu voor eeuwig van God kunnen genieten, zodat wij een relatie met God kunnen hebben.
We vieren vanochtend Heilig Avondmaal, wat een viering is van wat Jezus gedaan heeft. We vieren dat er geen verdoemenis in Christus is, maar juist leven en vrijheid. We vieren dat we geliefd zijn, gekend, dat we überhaupt in Christus mogen zijn.
- Avondmaal is voor christenen, voor mensen die in Jezus geloven als Zoon van God. Dat is het enige criterium dat we hanteren.
- Onderzoek je hart of er nog dingen tussen God en jou in staan, zonde, issues met mensen, etc. Ruim dat in gebed op, zodat je het avondmaal kan nemen.
Als jij nog niet gelooft, vandaag is de dag van redding, geloof vandaag in Jezus Christus als Zoon van God. Gods liefde is zo groot, dat Hij Zijn Zoon voor jou gaf; Jezus droeg jouw straf aan het kruis, zodat jij nu niet meer verdoemd hoeft te zijn. Geloof, vraag om vergeving, bekeer je en je bent gered.
Christen, leef jij naar het feit dat er geen verdoemenis in Christus is?
- Leef jij met eeuwige hoop?
- Leef jij in Christus? Vertrouw en volg jij Hem, luister jij naar Hem, geniet jij van Hem?
- Geloof jij dat je vergeven bent, ondanks dat je nog worstelt? Geloof je dat je gezegend bent? Sta jij op deze eeuwige waarheid?
Lukas 22:19-20 “En Hij nam brood en nadat Hij gedankt had, brak Hij het en gaf het aan hen met de woorden: Dit is Mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt. Doe dat tot Mijn gedachtenis. Evenzo nam Hij ook de drinkbeker na het gebruiken van de maaltijd en zei: Deze drinkbeker is het nieuwe testament in Mijn bloed, dat voor u vergoten wordt.”
Romeinen 8:31-39