Bijbels omgaan met de actualiteit
We leven in gekke tijden, waarin de wereld in de brand lijkt te staan. We rennen van de ene crisis naar de andere, waarbij we de zegen hebben dat het nationaal in Nederland nog niet zo erg is als het kan zijn. Tegelijk staan we wel midden in de wereld en zien we wat er om ons heen gebeurt.
- Hoe kan je Bijbels omgaan met de actualiteit? Hoe kan je Bijbels reageren op wat er gebeurt? Laten we kijken wat Gods Woord hierover zegt, zodat we een juist beeld hebben.
Bijbels kader neerzetten
Gods Woord geeft aan dat we in de ‘laatste dagen’ leven. Dat wil zeggen dat we in de tijd leven die het dichtst bij de wederkomst van Jezus is. We weten niet precies wanneer, maar we weten dat we elk moment opgenomen kunnen worden als Zijn kerk.
- Zware tijden
2 Timotheüs 3:1-5 “En weet dit dat in de laatste dagen zware tijden zullen aanbreken. Want de mensen zullen liefhebbers zijn van zichzelf, geldzuchtig, grootsprekers, hoogmoedig, lasteraars, hun ouders ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig, zonder natuurlijke liefde, onverzoenlijk, kwaadsprekers, onmatig, wreed, zonder liefde voor het goede, verraders, roekeloos, verwaand, meer liefhebbers van zingenot dan liefhebbers van God. Zij hebben een schijn van godsvrucht, maar hebben de kracht ervan verloochend. Keer u ook van hen af.”
- Dit wordt zowel over de kerk als de wereld gezegd door Paulus. We moeten goed in onze oren knopen dat dit de tijd is waar we in leven. In deze “laatste dagen” zal het kwaad steeds meer zichtbaar worden, zich steeds heftiger manifesteren.
- Satan doet vaak geen eens meer moeite om zijn agenda te verhullen. Je ziet steeds meer dingen die tegen Gods wil ingaan, die openlijk tegen Hem ingaan. En in die tijd leven wij, in die tijd moeten wij leren om de actualiteit Bijbels te plaatsen.
We zien om ons heen dat mensen meer van zichzelf houden dan ooit, dat geld het belangrijkste is wat er is. We zien alle eigenschappen die Paulus noemde ontzettend duidelijk om ons heen. Uiteindelijk komt het erop neer dat er meer liefde voor iets/iemand anders is dan God.
- En dit is niet alleen iets dat we over de wereld kunnen zeggen. Als kerk moeten we hier ook voor oppassen; wij ontkomen hier niet aan. Het is niet alsof verleiding, etc. stopt bij de deur van de kerk.
Als christenen moeten we ons eigen hart onderzoeken, of wij vallen voor de genoemde verleiding. Wij zijn hier ook vatbaar voor. De vijand wil ons ook verleiden tot meegaan in wereldse standaarden. Als de kerk meegaat met dit denken, hebben Satan en zijn demonen de kerk ineffectief gemaakt.
- Ga dus echt aan de slag met de Heere, om erachter te komen hoe jouw hart is. Vraag Hem wat Zijn beeld is bij jouw denken, doen en laten; bij jouw hart. Vraag Hem of jij meegaat met de wereld, of leeft naar Zijn wil. Neem niet aan dat je dit niet bent, vraag het God echt.
- Misleiding
Jezus sprak ook over de “laatste dagen”, Hij gaf duidelijk aan wat voor dingen er zullen gaan gebeuren in deze tijd. De dingen die Hij aangaf zijn wereldwijd, maar ook specifiek voor de kerk. Er zijn bepaalde dingen die de kerk zullen gaan overkomen.
Mattheüs 24:4-8 “En Jezus antwoordde en zei tegen hen: Pas op dat niemand u misleidt. Want velen zullen komen onder Mijn Naam en zeggen: Ik ben de Christus; en zij zullen velen misleiden. U zult horen van oorlogen en geruchten van oorlogen; pas op, word niet verschrikt, want al die dingen moeten gebeuren, maar het is nog niet het einde. Want het ene volk zal tegen het andere volk opstaan, en het ene koninkrijk tegen het andere koninkrijk; en er zullen hongersnoden zijn en besmettelijke ziekten en aardbevingen in verscheidene plaatsen. Maar al die dingen zijn nog maar een begin van de weeën.”
- Jezus wil niet dat we “misleidt” worden (v4). Hij wil niet dat we weggeleid worden van de waarheid, dat we naar zonde geleid worden. Om dat te voorkomen, geeft Hij aan wat de hele wereld te wachten staat (v5-7), als het “begin van de weeën” (v8).
- De dingen die Jezus in deze profetie noemde, zien we voor onze ogen gebeuren. Er is oorlog, er zijn geruchten van oorlogen (v6). We zien volken tegen elkaar opstaan (v7); honger, ziekte en aardbevingen zijn voor ons ‘normaal’ geworden.
Dat zijn de tijden waar we in leven. We leven in de tijd waarin profetie vervuld wordt, alleen (nog) niet de profetie die we zo graag zouden zien. We zouden namelijk het liefst zien dat Jezus terugkomt, dat Hij Zijn kerk opneemt en dat we weg zijn uit deze wereld die zichzelf kapot maakt.
- Als kerk moeten we oppassen dat ook wij niet misleid worden. Door de media, door alle ruis, door alles om ons heen kunnen ook wij makkelijk misleid worden. Ook wij kunnen afgeleid raken van de écht belangrijke dingen, door alles dat er speelt op het wereldtoneel.
Laat je niet afleiden van God liefhebben en je naaste als jezelf (Mattheüs 22). Laat je niet afleiden van heilig leven naar Jezus’ voorbeeld (1 Petrus 1), laat je niet afleiden van de Grote Opdracht (Mattheüs 28). Deze dingen horen niet onderhandelbaar voor ons te zijn. Hoe zit dat bij jou?
- Goed is kwaad, en kwaad is goed
Jesaja 5:20 “Wee hun die het kwade goed noemen en het goede kwaad; die duisternis voorstellen als licht, en licht als duisternis; die bitter voorstellen als zoet en zoet als bitter.”
Ook dit is een omschrijving van de tijd waar we in leven: “het kwade goed noemen en het goede kwaad”. Dit is aan de orde van de dag, dit is ‘normaal’ in de wereld. Als kerk moeten we ook heel erg oppassen dat bepaalde dingen niet ‘normaal’ voor ons worden, ons niks meer doen.
- Moord is geen moord meer, abortus, maar ‘gezinsplanning’. Mensen zijn niet meer gemaakt naar Gods beeld, zelfs kinderen mogen bepalen of ze een ‘ander geslacht’ willen. ‘Liefde is liefde’, dus elke vorm van relaties tussen mensen moet goedgekeurd, en gevierd, worden.
- Dit gaat voorbij aan Gods liefde voor leven, aan het feit dat God mensen man of vrouw gemaakt heeft. Dat Hij bepaalt dat een huwelijk tussen 1 man en 1 vrouw, een leven lang is.
Al deze dingen zijn “kwaad” in Gods ogen, maar worden “goed” genoemd in de wereld. God zegt “Wee hun” over deze mensen. Het is aan ons om vast te houden aan Gods standaard, om ons daar, door Hem geleid, over uit te spreken in de wereld.
- We moeten zoeken naar Gods plan voor jou specifiek, maar we kunnen niet klakkeloos meegaan in wat de wereld zegt. Ook kunnen we niet zwijgen over alles, omdat dat ‘beter’ is. Door de eeuwen heen zijn er velen geweest die zich juist hebben uitgesproken.
- Jezus Zelf deed dat ook. Hij sprak Zich uit tegen dingen die de Farizeeën deden, die mensen weerhielden van bij God komen (Mattheüs 21). Hij stond voor wat Gods Woord zei, zonder mee te gaan in de cultuur.
In deze dagen wordt kwaad goed genoemd en goed kwaad. Daar ontkomen we niet aan. Dat vraagt echter wel een reactie van ons als christenen. Wij kunnen duisternis niet voorstellen als licht, en licht als duisternis, als onze God de God van licht is (1 Johannes 1).
- We moeten gevoelig blijven voor wat licht is, zodat we duisternis niet kunnen verdragen. We moeten blijven volharden in het leven van Zijn standaard, i.p.v. die van de wereld. Elke dag moeten we goed als goed blijven zien en benoemen, en kwaad als kwaad.
Vraag Hem wat jouw taak hierin is. Misschien moet jij opstaan tegen iets, moet jij je duidelijk en open uitspreken tegen kwaad dat goed genoemd wordt. God zal dit duidelijk maken, maar jij hoort Hem dit wel te vragen.
We leven nu in de laatste dagen, dat is Bijbels duidelijk. Dat is niet altijd makkelijk, maar dat is ook niet wat God ons beloofd heeft. De laatste dagen zitten vol verleiding, wat het zware tijden maakt. Er is veel misleiding; kwaad wordt goed genoemd en goed kwaad.
- In dat alles mogen wij leren om Gods standaard te hanteren. We mogen leren leven vanuit Zijn liefde, vanuit Zijn genade. Zijn hart breekt voor deze wereld, in al deze ellende; ons hart hoort te breken voor wat Zijn hart breekt. Is dat bij jou nog zo? Hoe zit het met jouw hart?
Het effect van deze tijden
Onderschat ajb niet dat deze tijden impact hebben op jou en op de kerk. Alle verleidingen, alle misleiding, de manier waarop men naar goed en kwaad kijkt; het heeft allemaal effect. En dat effect is vaak niet goed, het zit ons vaak zelfs in de weg in onze wandel.
- We worden ongevoelig
Zeker ook door de belachelijke hoeveelheid prikkels, informatie, etc. die we vandaag de dag hebben, worden we ongevoelig. Zoveel dingen doen ons simpelweg niks meer. Ons hart breekt niet meer voor dingen zoals het zou moeten.
- We scrollen door als we lezen over honger ergens, over een nieuwe oorlog, over aardbevingen. We zijn niet meer verrast als een volk tegen een ander volk opstaat. Dood en verderf doen ons niet meer zoveel pijn als zou moeten.
- En dat is een probleem, want al deze dingen doen God nog wel heel veel. Hij wil dat we zorgen voor hen die honger hebben, voor wezen en weduwen. Hij wil niet dat er oorlog is, dat er dood en verderf gezaaid wordt tussen mensen.
- Maar wij kunnen het lezen, de nieuwskop scannen en daarna verder gaan met koffie drinken. Er is zoveel ‘normaal’ voor ons geworden, dat we niet meer gevoelig zijn zoals Hij gevoelig is. En dat is niet hoe God is.
- En dat is een probleem, want al deze dingen doen God nog wel heel veel. Hij wil dat we zorgen voor hen die honger hebben, voor wezen en weduwen. Hij wil niet dat er oorlog is, dat er dood en verderf gezaaid wordt tussen mensen.
- Tegelijk bidden we niet meer voor ongelovigen, voor de overheid, voor de vrede van Jeruzalem. En dat zijn zelfs dingen die God ons opdraagt in het Woord! We worden zo ongevoelig dat onze gebeden meer over onszelf gaan dan de ander, dan noden in de wereld.
- Ook ons gebed moet blijven komen. Gebed hoort een instinctieve reactie te zijn op alles dat we om ons heen zien gebeuren. Bidden voor de mensen, bidden voor onze broeders en zusters, bidden dat God Zichzelf laat zien in de situatie.
- Te vaak worden christenen meegesleept in emotie, in ‘reageren’ op dingen. Is gebed niet belangrijker dan een publieke reactie? Is gebed niet veel krachtiger? Reageren is niet per se slecht, wel als gebed er onder lijdt.
- Ook ons gebed moet blijven komen. Gebed hoort een instinctieve reactie te zijn op alles dat we om ons heen zien gebeuren. Bidden voor de mensen, bidden voor onze broeders en zusters, bidden dat God Zichzelf laat zien in de situatie.
God wil ons als Zijn lichaam gebruiken (Romeinen 12). Onderdeel daarvan is dat we in de wereld dienen (Johannes 17), in gebed en daden. Maar om te weten hoe en waar te bidden en dienen, moet je wel gevoelig zijn. Gevoelig voor Zijn leiding, maar ook voor nood in de wereld.
- Als wij, de kerk, Jezus’ lichaam, ongevoelig worden voor noden, hoe kunnen we dan dienen? Als wij niet langer gevoelig zijn zoals Hij gevoelig is, waar bidden we dan nog voor? Als kerk horen we Zijn handen en voeten te zijn; dat vereist gevoeligheid voor noden.
- Ik bedoel hiermee niet dat jij een taak hebt in elke nood die je op het nieuws ziet. Het is wel zo dat je God moet vragen hoe Hij jou wil gebruiken in de noden die je ziet. Met elke nood die je hoort, kan je Hem vragen wat Zijn wil hierin voor jou is.
Jesaja 58:6-7 “Is dit niet het vasten dat Ik verkies: dat u de boeien van de goddeloosheid losmaakt, dat u de banden van het juk ontbindt, dat u de onderdrukten vrij laat heengaan en dat u elk juk breekt? Is het niet dit, dat u uw brood deelt met wie hongerlijdt, en de ellendige ontheemden een thuis biedt, dat, als u een naakte ziet, u hem kleedt, en dat u zich voor eigen vlees en bloed niet verbergt?”
Dit is wat God van ons vraagt; Hij zegt dit tegen Israël omdat ze schijnheilig zijn. Dit is zo’n gevaar voor ons als kerk in deze laatste dagen; we kunnen zo ongevoelig worden. We kunnen zo vastzitten in ons eigen comfort, ons eigen denken, onze eigen bubbel. Dat is niet wat God voor Zijn kerk heeft.
- Hoe zit dat met jou? Ben jij nog gevoelig voor wat Zijn hart breekt? Vraag jij Hem wat Zijn hart breekt, zodat jij dat ook zo gaat zien? Laat Hem jouw hart bewegen, laat Hem jou leiden om Zijn weg te bewandelen; zodat je zal bidden en dienen.
- We bidden niet (meer)
Jakobus 4:3 “U bidt wel, maar u ontvangt niet, omdat u verkeerd bidt, met het doel het in uw hartstochten door te brengen.”
Op het moment dat we ongevoelig worden, zullen we ook niet langer bidden zoals Hij wil. We zullen eerder geneigd zijn voor onze “hartstochten” te bidden, dan voor de dingen die Zijn hart breken. I.p.v. bidden voor wezen en weduwen, Zijn volk, de overheid, broeders en zusters, etc. bidden we anders.
- Ik zeg niet dat het verkeerd is om te bidden voor de dingen die je wil, voor je eigen noden, etc. Dat is allemaal goed en Bijbels. Tegelijk moeten we ons afvragen of we bidden naar Zijn wil, of we bidden naar de standaard van Zijn Woord.
Vlak voor Hij gevangengenomen werd, bad Jezus het hogepriesterlijk gebed (Johannes 17). Jezus bad daar voor de kerk, voor eenheid, voor dienen in de wereld, etc. Zijn gebed ging totaal niet over zijn eigen noden. Hij was in Zijn gebed gericht op zoveel meer dan zichzelf.
1 Thessalonicenzen 5:17-18 “Bid zonder ophouden. Dank God in alles. Want dit is de wil van God in Christus Jezus voor u.”
- Zeker met alles dat er speelt qua actualiteiten, horen onze gebeden meer en luider te worden als christenen. We horen zonder ophouden te bidden, God dankende in alles. Dat is hoe het Woord ons leert om te bidden, dat is hoe gebed hoort te zijn in en voor actualiteit.
- Ons gebed hoort (deels) geleid te worden door de actualiteit. Dat kan echter niet als we ongevoelig worden, als het ons niks meer doet. Als wij niet Gods hart hebben voor mensen, zullen we niet bidden voor situaties zoals Hij dat wil.
Nu ben ik me er zeer bewust van dat de ‘nieuws-media’ veel slecht nieuws en eenzijdig belicht nieuws brengen. Dat klopt en is een feit waar we niet omheen kunnen. Dat betekent dat we juist daarin extra moeten zoeken naar Gods leiding, om te weten waarvoor te bidden.
- Het betekent misschien ook dat we extra onderzoek moeten doen om de waarheid over een onderwerp te vinden. Maar ook dat ontslaat ons niet van gebed, van Gods leiding zoeken. Dat is wat we als christenen horen te doen; gebed hoort onze eerste reactie te zijn op alles.
Spurgeon: “Gebed is net zozeer een noodzaak voor ons geestelijk leven, als ademen is voor ons natuurlijk leven: we kunnen niet leven zonder de gunst van de Heere te vragen.”
We hebben, juist ook in de actualiteit van de dag, gebed nodig. Gebed moet zo noodzakelijk voor ons zijn als ademhalen. Zo noodzakelijk, aanwezig en gericht moet gebed zijn. Juist ook voor de actualiteit die we zien, juist voor de kerk in dit alles, voor de verloren zielen in de bezigheid van de wereld.
- Hoe zie jij gebed? Is gebed een optie of noodzaak? En waar bid je voor? Bid dat God je gevoelig maakt voor Zijn leiding, bid dat Hij je zal leiden om te bidden voor de actualiteiten. Bid voor de kerk, (lastige) situaties, dank Hem, aanbid Hem; bid. En laat gebed noodzaak voor je zijn.
- Er komt verdeeldheid
Een laatste, en vernietigend, effect van de deze laatste dagen, is verdeeldheid. Door wat er gebeurt, door de dingen die we zien en hoe wij vinden dat een ander moet reageren, brengt de vijand verdeeldheid. We zien het om ons heen gebeuren in de kerk, het is meer norm dan uitzondering.
- Het idee is dat als je niet mét mij bent, ben je tégen mij. Dat is niet per se Bijbels, vooral niet in de manier waarop men dit tot uitvoering brengt. Over actualiteiten is men bereid om een kerk te scheuren, een ander aan te vallen, belachelijk te maken, etc.
1 Petrus 3:8 “Ten slotte, wees allen eensgezind, vol medeleven, heb de broeders lief, wees barmhartig en vriendelijk.”
Dit is de Bijbelse opdracht: “wees allen eensgezind”. Jezus vraagt dit ook in Johannes 17, dat we één zullen zijn (v21). Dat één zijn is ongelofelijk belangrijk als kerk; zonder die eenheid gaat de kerk kapot. En Satan en zijn demonen weten dat, dus zien we ze álles gebruiken om verdeeldheid te brengen.
Mattheüs 12:25 “Jezus echter kende hun gedachten en zei tegen hen: Ieder koninkrijk dat tegen zichzelf verdeeld is, wordt verwoest; en geen enkele stad of geen enkel huis dat tegen zichzelf verdeeld is, zal standhouden.”
- Dit zijn Jezus’ woorden, in een andere context, over eenheid en verdeeldheid. We kunnen het ons niet veroorloven als kerk om verdeeld te zijn. We moeten ons vasthouden aan het Woord, aan God Zelf. Dat zal ons één maken, zelfs als we het niet in alles eens zijn met een ander.
Nergens staat dat iedereen precies alles hetzelfde moet zien. Nergens zien we dat iedereen tot in elk detail hetzelfde moet geloven over elke situatie. Reddingszaken moet vaststaan, we kunnen niet twijfelen aan de fundamenten van ons geloof.
- Maar actualiteiten horen ons niet te verdelen als christenen die Gods Woord serieus willen nemen. Actualiteiten horen ons juist meer samen te voegen, in gebed en in het Woord. We horen meer serieus samen God te zoeken, zodat Hij verhoogd wordt door ons heen.
Laat het ajb niet toe dat je je beter gaat voelen dan een broeder of zuster. Laat het niet toe dat jouw hart zich losmaakt van een broeder of zusters, omdat hij/zij de actualiteit niet hetzelfde ziet als jij. Laat de vijand geen verdeeldheid zaaien; laten wij juist eenheid promoten, eenheid bewerken.
- Door verdeeldheid gaan we ook niet bezig zijn met de écht belangrijke zaken: de wereld bereiken. Verdeeldheid zorgt ervoor dat we meer en meer naar binnen gekeerd raken, dat we elkaar gaan afwijzen op details en dat we uiteindelijk geen goed getuige meer zijn.
- De Geest maakt één (Efeze 4:3), daarmee is eenheid in de kerk Gods werk. Verdeeldheid is dat niet. De vijand wil de kerk verdelen, kapot maken. Waarom zou een nog-niet-gelovige deel worden van een verdeelde kerk?
Laat Gods werk in ons zijn dat we één zijn, in en ongeacht de actualiteit. Laat de actualiteit ons aanzetten tot eenheid, tot samen God zoeken, samen kerk zijn. Laat actualiteit geen verdeeldheid zaaien, maar juist ons allen meer op God richten en ons meer afhankelijk maken van Hem.
De actualiteit is wat het is, we leven in de laatste dagen. We zullen meer en duidelijker kwaad om ons heen zien; de vraag is wat we er mee doen. Gods hart hoort ons hart te zijn, we horen gevoelig te zijn zoals Hij. We horen te bidden naar Zijn wil, in eenheid met onze broeders en zusters.
- Wat doet de actualiteit met jou? Nieuws over Oekraïne, Israël, vervolging van broeders en zusters, moord en dood, het weggooien van Bijbelse standaarden; wat doet het met jou? Waar zet het jou toe aan?
Als je nog niet gelooft, vandaag is de kans om in Jezus te geloven. Hij wil jou helpen ín alles en dóór alles dat er in de wereld gebeurt. Hij wil je leiden, dragen, vergeven van je zonde. Geloof in Hem, dan ben je vergeven; geloof in Hem en Hij zal je helpen en dragen in de actualiteit van de wereld.
Christen, ga jij Bijbels om met de actualiteit van deze tijd?
- Zie je in dat we in de laatste dagen leven, en leef je ook alsof we daarin leven?
- Zetten de actualiteiten jou aan tot het vragen om Gods hart voor mensen en situaties?
- Zet de actualiteit jou aan tot bidden, of verlamt het jou van bidden?
- Leidt de actualiteit jou tot eenheid met Zijn kerk, of houdt jouw reactie eenheid tegen?
2 Timotheüs 3:14-15 “Blijft u echter bij wat u geleerd hebt en waarvan u verzekerd bent, omdat u weet van wie u het geleerd hebt, en u van jongs af de heilige Schriften kent, die u wijs kunnen maken tot zaligheid, door het geloof dat in Christus Jezus is.”
Vieren Heilig Avondmaal. Vieren dat Jezus voor ons stierf, vieren dat één zijn met Gods kerk (1 Korinthe 11), vieren dat Hij terugkomt. Allemaal redenen om dankbaar te zijn. Onderzoek je hart, vraag of er iets tussen God en jou in staat. Zet het recht, kom bij Hem.
- Avondmaal is voor allen die geloven in Jezus als Zoon van God, voor christenen. Dat is tussen jou en God; weet dat dit de Bijbelse standaard is.
Markus 14:22-26 “En terwijl zij aten, nam Jezus brood en toen Hij het gezegend had, brak Hij het en gaf het hun en zei: Neem, eet, dit is Mijn lichaam. En Hij nam de drinkbeker en nadat Hij gedankt had, gaf Hij hun die en zij dronken er allen uit. En Hij zei tegen hen: Dit is Mijn bloed, het bloed van het nieuwe testament, dat voor velen vergoten wordt. Voorwaar, Ik zeg u dat Ik niet meer zal drinken van de vrucht van de wijnstok tot op de dag wanneer Ik die nieuw zal drinken in het Koninkrijk van God. En toen zij de lofzang gezongen hadden, vertrokken zij naar de Olijfberg.”